Van 50 naar 30: Coalitie van 30 hertekent bebouwde kom
Op 10 november 2023 vond in Gent de studiedag plaats van de Coalitie van 30. Een van de belangrijste vragen was: hoe maken we Zone 30 overal algemeen herkenbaar en welke aanpak werkt het best om ze in te voeren? Onze collega Joeri ging luisteren naar de best practices van Gent, Antwerpen en Suunta.
Steeds meer gemeenten hanteren het principe van 30km/u in de bebouwde kom. Maar doordat niet iedereen diezelfde maatstaf hanteert, ontstaat er verwarring bij de weggebruiker. Dat maakt het moeilijk om helder te communiceren zowel op als naast de weg. Eenduidigheid is extra hard nodig zeker nu er meer en meer versnippering is. Een grote stap vooruit zou zijn om, naar het voorbeeld van Brussel, de uitzonderingen binnen de bebouwde kom aan te duiden: 'bebouwde kom = 30 tenzij anders aangeduid'. Verder moet er ook eenduidigheid komen rond bijkomende maatregelen en een herkenbare inrichting van de weg. Op de studiedag van de Coalitie van 30 deden stad Gent en Antwerpen uit de doeken hoe zij hun Zone 30 hebben veralgemeend. Studiebureau Suunta onderstreepte het belang van monitoring.
Met borden alleen gaan we er niet geraken
Iedereen is het erover eens dat signalisatie alleen niet genoeg is om een goede Zone 30 te maken. Ook communicatie over de verkeerssituatie en de leesbaarheid van de situatie op de weg zijn essentieel om automobilisten ook echt trager te laten rijden. Het probleem is dat een snelheidsremmende inrichting van de weg vaak achterblijven door een gebrek aan geld. Stad Antwerpen merkt wel dat bv. rijbaankussens een groot effect hebben. Ze zorgen voor een snelheidsdaling van 43km/u naar 34km/u. Aan de andere kant ziet de stad, ondanks de uitgebreide Zone 30, ook een toename in het aantal ongevallen met fietsers. Een van de redenen is de grote toename van het aantal fietsers maar ook de onaangepaste infrastructuur.
Meer monitoring mag
Volgens Suunta is er te weinig aandacht voor de monitoring van Zone 30. Nochtans kan een gemeente veel leren uit evaluaties. Al moeten ze wel geïntegreerd worden in een bredere visie op mobiliteit. 30% van de lokale besturen geeft aan dat ze de effecten van Zone 30 niet monitoren en 90% heeft nog nooit een evaluatie gehouden. Als er al wordt gemonitord, dan op basis van snelheidsmetingen. Amper een derde van de gemeenten die monitoren doet dat met ongevallengegevens. Zo kan bij automobilisten de indruk van willekeur ontstaan en krijgen gemeenten het verwijt Zone 30 enkel in te voeren om de kas te spekken.
Gemeenten doen er dus goed aan duidelijk te communiceren over het waarom van Zone 30. Cijfers uit evaluaties en monitoring kunnen zeker helpen om de effecten aan te tonen. Daarbij de kennis van je inwoners gebruiken is nog eens een extra troef om draagvlak te krijgen. Zo gebruikt Gent Fietstrack om de evolutie en beleving van de zone 30 in kaart te brengen.
Gerelateerde inzichten
Rechtvaardige mobiliteit: what’s in a name?
Voldoet de term ‘duurzame mobiliteit’ opeens niet meer? En is rechtvaardige mobiliteit gewoon een een nieuw begrip dat hetzelfde betekent. Of vullen beide elkaar aan? Collega Els legt uit
2024 in cijfers
2024 was weer een jaar om te onthouden. Ons jaaroverzicht, netjes verpakt in een infographic boordevol sprekende cijfers, is daarbij het ideale geheugensteuntje.
Meer straten op mensenmaat
We tonen hoe geweldig straten zijn als er meer plaats is voor mensen en minder voor auto's. Rechtvaardige straten op mensenmaat met ruimte voor ontmoeting, spel, natuur, adem en rust. Enfin, straten zoals ze altijd al bedoeld zijn: om in te leven, dus!