Zo denkt de Vlaming over duurzame mobiliteit
Hoe kijkt de doorsnee Vlaming eigenlijk naar duurzame mobiliteit? En welke maatregelen vindt hij prioritair om mobiliteit duurzamer en veiliger te maken? Onze representatieve enquête bij 2000 Vlamingen toont alvast een duidelijk draagvlak voor duurzaam mobiliteitsbeleid.
De prioriteiten van de Vlaming voor een betere mobiliteit
De enquête geeft een unieke inkijk in de publieke opinie over duurzame mobiliteit in Vlaanderen. De resultaten van het onderzoek tonen wat er leeft bij de mensen én wat er nodig is om de modal shift te realiseren en zelfs te versnellen. De Vlaming stuurt het beeld bij dat duurzame mobiliteit slechts bijzaak zou zijn. Uit een lijst van mogelijke lokale en bovenlokale mobiliteitsmaatregelen selecteerden de respondenten deze favorieten, waarmee ze duidelijk maken waar de prioriteiten liggen:
Top 3 lokale maatregelen
- Fietspaden aanleggen en verbeteren (68%)
- Alle haltes en stations voor iedereen toegankelijk maken (48%)
- Investeren in meer handhaving (25%)
De snelheid in woonwijken verlagen naar 30km/u (25%)
Top 3 bovenlokale maatregelen
- De prijs van het openbaar vervoer verlagen (59%)
- Één ticket invoeren voor alle vormen van openbaar vervoer (46%)
- Meer fietssnelwegen aanleggen (32%)
![]()
De nieuwe bestuursploegen, zowel nationaal, regionaal als lokaal, weten vanaf nu waar de prioriteiten moeten liggen.
Algemeen directeur Mobiel 21
Enkele cijfers uit het onderzoek
Is de Vlaming klaar om minder vaak in de auto te stappen?
Een meerderheid van de Vlamingen beseft de noodzaak van duurzamere mobiliteit. De helft (50%) voelt namelijk een morele plicht om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen. Bovendien is telkens een grote meerderheid (77%) het ermee eens dat het goed is voor het klimaat als mensen hun auto vaker laten staan én dat minder autoverkeer zorgt voor betere luchtkwaliteit. Dat minder autogebruik tot meer sociaal contact leidt, daar zijn dan weer minder mensen van overtuigd: 31% gaat ermee akkoord dat bewoners meer contact met elkaar hebben in autoluwe buurten en straten.
Al lijken de meeste Vlamingen zich wel bewust van de positieve gevolgen van minder autorijden, toch vindt een meerderheid dat mensen hun auto zo veel mogelijk moeten kunnen gebruiken als ze zelf willen (54%). Ten slotte geeft 38% van de autobestuurders ook aan niet geïnteresseerd te zijn om minder met de auto te rijden. Op basis van deze cijfers lijken maatregelen die automobiliteit beperken een kleiner draagvlak te hebben. Als we echter de resultaten uit de top 3 van favoriete beleidsmaatregelen bekijken, dan nuanceren die deze vaststelling. Daarin toont de Vlaming wel zijn bereidheid om de auto minder te gebruiken.

Sam Delespaul
Vooroordelen weerlegd
Bij Mobiel 21 horen we wel vaker dat er geen draagvlak is voor duurzame mobiliteit. Met dit onderzoek maken we komaf met dat vage buikgevoel dat duurzame en noodzakelijke verandering in de weg staat. In zijn antwoorden ontkracht de Vlaming alvast enkele hardnekkige vooroordelen en geeft die beleidsmakers vertrouwen om werk te maken van een modal én mental shift.
Toegegeven, de Vlaming ligt wel degelijk wakker van files (43%), maar ook verkeersonveiligheid (46%) en straffeloosheid voor verkeersovertreders (42%) staan afgetekend in de top-3. Ook weinig verrassend: de Vlaming blijft verknocht aan zijn auto. Al gaat één op drie (33%) niet akkoord met de stelling dat ze voor de meeste verplaatsingen liever de auto gebruiken. Aan een gebrek aan kennis over de alternatieven lijkt het niet te liggen: een grote meerderheid (80%) zegt wel te weten hoe die zich duurzamer kan verplaatsen.
40% van de autobestuurders geeft bovendien aan dat een alternatief voor auto te veel moeite kost. 30% antwoordt dat de auto de goedkoopste manier is om zich te verplaatsen. Deze groep beschouwt de alternatieven dus als (te) duur in vergelijking met de auto. Kijken we naar het prioriteitenlijstje van de Vlaming op beleidsvlak, dan zien we echter een duidelijke voorkeur voor investeringen in duurzame alternatieven voor de wagen. Maatregelen gericht op automobiliteit, zoals investeren in grootschalige weginfrastructuur voor auto’s (18%) en elektrische auto’s financieel stimuleren (15%) staan helemaal onderaan.
Snelheid is niet de belangrijkste eigenschap voor een vervoermiddel. Gevraagd naar welke eigenschappen de Vlaming wel belangrijk vindt, staat betaalbaarheid (60%) op de eerste plaats. Met 54% van de stemmen claimt veiligheid de tweede plaats. Daarna komen comfort (42%), flexibiliteit (30%) en snelheid (27%). Iets meer dan 20% duidt milieuvriendelijkheid of toegankelijkheid aan. Ontspanning geven (12%) en gezond zijn (8%) ten slotte staan onderaan.
We vroegen de Vlaming welke volgens hem de belangrijkste acties zijn die mensen zelf kunnen ondernemen om zich duurzamer te verplaatsen. En ook al staan de media vol met hoera-berichten over elektrische auto's, slechts 16% van de Vlamingen kiest elektrisch rijden als de belangrijkste duurzame actie die hij zelf kan ondernemen. ‘Korte verplaatsingen (onder 5km) altijd met de fiets of te voet doen’ staat met 67% duidelijk bovenaan. Nog eens bijna de helft duidt ‘bewust minder met de auto rijden’ aan (46%). En 37% ziet in het openbaar een duurzame oplossing.
Parkeren: nog zo’n gevoelig thema waar de emoties al eens de bovenhand durven te nemen. Moeilijk parkeerplaats vinden staat met 29% op de derde plaats bij de problemen waar Vlamingen het meest van wakker liggen. Parkeren is dus zeker een belangrijk thema. Al vindt 67% dat de overheid rustiger verkeer in woonbuurten voorrang moet geven op maatregelen die ervoor zorgen dat mensen zo dicht mogelijk bij hun bestemming kunnen parkeren. Bovendien is 63% het oneens met de stelling dat je je auto overal moet kunnen parkeren. De Vlaming lijkt dus te beseffen dat parkeerplaatsen voor auto’s niet overal moeten of kunnen worden voorzien.
Het draagvlak voor investeringen in het openbaar vervoer is groot. Maar liefst 95% van de deelnemers aan de enquête gaat akkoord met de stelling dat ‘de overheid moet investeren in efficiënt openbaar vervoer zodat meer mensen het kunnen gebruiken’. De grote meerderheid van de Vlamingen (79%) kiest voor investeren in het openbaar vervoer in plaats van in elektrische auto’s (21%). Investeren in beter en meer openbaar vervoer kan extra gebruikers over de streep trekken. Wat ongetwijfeld een belangrijk argument is om al die Vlamingen te overtuigen die nooit het openbaar vervoer nemen omdat ze het niet willen.
Naar een duurzame modal shift
Dankzij het Onderzoek Verplaatsingsgedrag (OVG) dat de Vlaamse overheid sinds 1994 uitvoert hebben we een goed zicht op hoe de Vlaming zich verplaatst. Hoe Vlamingen denken over (duurzame) mobiliteit, daar bestaan echter veel minder data over. Nochtans zijn beide even belangrijk om een modal shift te realiseren. Daarom onderzocht Mobiel 21 met een grootschalige enquête bij 2000 respondenten:
- Wat Vlamingen verstaan onder duurzame mobiliteit
- Wat de opinie van Vlamingen is over duurzame mobiliteit
- In welke mate de Vlaming bereid en klaar is om mobiliteit in Vlaanderen te verduurzamen
- In welke mate Vlamingen het richten van mobiliteitsbeleid en budgetten op duurzame alternatieven steunen
- Hoe Vlamingen kijken naar verschillende vervoerswijzen
Om de modal shift te versnellen, moeten we ook gegevens verzamelen waaruit we kunnen afleiden of mensen klaar zijn om minder met de auto rijden én wat ze daarvoor nodig hebben. Met een representatieve enquête bij 2000 Vlamingen geven we een unieke inkijk in de publieke opinie over duurzame mobiliteit in Vlaanderen.
Beleidsmakers, onderzoekers en middenveld kunnen maar beter een goed zicht hebben op de publieke opinie over duurzame mobiliteit. Dit onderzoek toont dat er wel degelijk draagvlak is voor duurzame (beleids)keuzes. De nieuwe bestuursploegen die vanaf december aan hun ambtstermijn beginnen weten dus meteen waar de prioriteiten van de Vlaming liggen. Dat spaart hen kostbare tijd en helpt om doelgericht beleid te voeren op basis van wetenschappelijk onderzoek en niet van buikgevoel.
Gerelateerde inzichten
Rechtvaardige mobiliteit: what’s in a name?
Voldoet de term ‘duurzame mobiliteit’ opeens niet meer? En is rechtvaardige mobiliteit gewoon een een nieuw begrip dat hetzelfde betekent. Of vullen beide elkaar aan? Collega Els legt uit
2024 in cijfers
2024 was weer een jaar om te onthouden. Ons jaaroverzicht, netjes verpakt in een infographic boordevol sprekende cijfers, is daarbij het ideale geheugensteuntje.
Meer straten op mensenmaat
We tonen hoe geweldig straten zijn als er meer plaats is voor mensen en minder voor auto's. Rechtvaardige straten op mensenmaat met ruimte voor ontmoeting, spel, natuur, adem en rust. Enfin, straten zoals ze altijd al bedoeld zijn: om in te leven, dus!