
Een politiek voorstel om weer autoloze zondagen in te voeren, werd op zijn zachtst gezegd met gemengde gevoelens onthaald. Commentaren als “Daar gaat Poetin geen boterham minder om eten” of “Dat heeft in de jaren 70 ook niet echt veel effect gehad” vlogen duchtig in het rond. En plots staat de Autovrije Zondag in al zijn vormen en om al zijn redenen weer volop in de spotlights. Al begrijpen we met de beste wil van de wereld niet waarom hij zoveel tegenwind krijgt, want elk jaar tonen tientallen gemeenten met een vrijwillige Autovrije Zondag hoe relevant een dagje autorust nog altijd is.
Bijna 4 jaar geleden stelden we ons in een vergelijkbaar blogartikel de vraag: “Wat doet een autovrije zondag nog in de 21ste eeuw?” We haalden 3 troeven aan die in het voordeel pleiten van een Autovrije Zondag:
- Troef 1: dromen over anders
- Troef 2: gezonder is beter
- Troef 3: power to the people
Anno 2022 zijn deze troeven nog altijd even relevant. We leggen uit waarom, aan de hand van 3 thema’s: symboliek, crisissen & kansen en rechtvaardigheid.
Schaarste en symboliek
Akkoord dat de autoloze zondagen van de jaren 70 onze verslaving aan fossiele brandstoffen nauwelijks hebben ingetoomd – anders zou deze blog geeneens een ding zijn. Wat echter niet te ontkennen valt is hun grote symbolische waarde, het zaadje van een pril ecologisch bewustzijn dat ze hebben geplant. Het werd plots duidelijk dat de stroom aan goedkope brandstoffen niet vanzelf of voor eeuwig zou blijven vloeien. Voor het eerst ook werd het verband gelegd tussen economische groei en ecologisch verlies. En dus werden de autoloze zondagen een manier om met kleine stapjes te beginnen nadenken over alternatieven. In de hoofden van de mensen groeide vanaf dan het besef dat ze misschien niet voor alle verplaatsingen zomaar in de auto moesten kruipen. En dat olie en gas verbranden wel eens nefast voor de leefomgeving kon zijn.
Het is die reflex die honderden Vlaamse gemeenten in de voorbije jaren hebben versterkt en uitgedragen in evenveel Autovrije Zondagen.
Crisis bovenop crisis
Vandaag in 2022 swingen de brandstofprijzen opnieuw de pan uit en komt de autoloze zondag weer als oplossing op tafel om brandstofverbruik te temperen. Jammer genoeg is de oorlog in Oekraïne slechts één van de crisissen die we vandaag voorgeschoteld krijgen. Kris Peeters, de andere, noemt het in zijn blog geen systeem in crisis, maar een crisissysteem: een systeem dat crisissen genereert. Hij schrijft: “Ooit volgden crisissen elkaar op. Tegenwoordig stapelen ze zich op: de energiecrisis, de klimaatcrisis, de biodiversiteitscrisis, de gezondheidscrisis, de Oekraïnecrisis — en ik vergeet er nog wel een paar. Zelfs middenin de zoveelste crisis is onze grootste verzuchting het systeem zo snel mogelijk weer op te lappen. Van links tot rechts hebben we het over de noodzakelijke ‘relance’ en het herstel van de oude orde. Kennelijk is het aartsmoeilijk om de mentale sprong te maken van ‘systeemfout’ naar ‘fout systeem’.”
En dat brengt ons bij de echte kern van het probleem: symptoombestrijding. Onze beleidsmakers struikelen over elkaar om de hoogste belastingvermindering, premie of prijsverlaging aan te kondigen. Stuk voor stuk pleisters op een houten been als we echte duurzame verandering blijven saboteren. En zeker als we koploper blijven in het subsidiëren van fossiele brandstoffen. Bij elke crisis schieten we in een conservatieve kramp. We klampen ons wanhopig vast aan een verleden waarvan we eigenlijk al lang weten dat het nooit zal/mag terugkeren. Het debat over de kernuitstap: in de koelkast, steenkool opgraven: hé, da’s een optie, Hollands gas: de redding van de Russische oppressor… Al deze paniekvoorstellen overstemmen ons gezond boerenverstand dat zegt: eigenlijk kan ik wel eens met de fiets naar het werk of de winkel, eigenlijk mag de thermostaat wel een graad lager, eigenlijk verdient de luchtvaart geen belastingvoordelen … En, eigenlijk, waarom geven we geen extra ademruimte aan technologie en infrastructuur en ideeën en oplossingen die ons helpen om echt onafhankelijk te worden van fossiele brandstoffen? Zonder structurele veranderingen is het gewoon wachten op een volgende crisis. En daar zit eigenlijk niemand op te wachten, toch?
Naar een rechtvaardig systeem
Enkel ingrijpen op de prijs van brandstoffen legt nog een ander probleem bloot, dat van rechtvaardige mobiliteit. Op Twitter vraagt Dirk Lauwers zich af “Wie zijn ‘de’ mensen die (veel) tanken? Waarom moet er een omgekeerde belastingverdeling komen van wie weinig of niet met de auto rijdt (lagere inkomens) naar de kilometervreters (hogere inkomens)? Is dat sociaal rechtvaardige mobiliteit?”. En ook De Standaard kopt: ‘Een tankkaart is plots 840 euro meer waard’. Misschien moeten we met z’n allen, en zeker onze beleidsmakers, het boek ‘Transport Justice’ van Karel Martens maar eens (her)lezen. We moeten van symptoombestrijding naar systeemverandering. Want het systeem bestrijden verspilt kostbare energie die we beter kunnen steken in de verandering ervan. Via democratische weg, zonder absolute waarheden en met een focus op mensen en niet op machines.
Op weg naar zo’n systeemverandering hebben de huidige Autovrije Zondagen een belangrijke signaalfunctie. Ze helpen de aandacht te verschuiven van pure economische noodzaak (brandstof te sparen in tijden van crisis) naar een pleidooi voor meer milieubewustzijn en een leefbare maatschappij op mensenmaat. Ze zijn daarnaast ook een proeftuin met een gemeenschapsvormend en sociaal effect omdat mensen uit hun kot komen, met mekaar praten, plezier hebben in gezonde buitenlucht i.p.v. alleen in hun auto te zitten.
Een Autovrije Zondag laat mensen dromen hoe hun straat, buurt, dorp of stad zou kunnen zijn zonder auto’s en mét gezonde lucht en ruimte voor sociale verbinding. Het laat ze proeven van de voordelen van een systeemverandering. En we blijven hoopvol dat er ooit een dag komt waarop we geen Autovrije Zondag meer nodig hebben. Dat duurzame mobiliteit zo is ingeburgerd en verankerd in ons verplaatsingsgedrag dat we er niet meer bij nadenken. Tot het zover is leert een Autovrije Zondag om onze ogen en geesten te openen voor een toekomst, die naam waardig, mét duurzame mobiliteit, duurzame energie en duurzame internationale relaties. En dat we daarmee de machtsbasis van oorlogszuchtige despoten ondergraven, is verdorie dik meegenomen!