
De lichte euforie die een dik jaar geleden de boventoon voerde als het ging over autonome voertuigen of AV’s is vandaag al wat getemperd. Intussen zijn we jammer genoeg al een paar dodelijke ongevallen en enkele illusies armer. Nochtans duiken AV’s met de regelmaat van de klok op als dé wonderoplossing die onze mobiliteit uit de knoop zal halen. Blijft de vraag of autonome voertuigen het disruptieve potentieel hebben om onze mobiliteit echt te verbeteren en niet alleen maar te veranderen.
Zijn we klaar voor autonome voertuigen?
KPMG geeft in de ‘Autonomous Vehicle Readiness Index 2019′ een beeld van de voorwaarden die nodig zijn om de zelfrijdende auto of vrachtwagen tot een succes te maken. Wereldwijd zijn 25 landen (niet België) beoordeeld op het gebied van overheidsbeleid en wetgeving, de beschikbaarheid van nieuwe technologieën en de kwaliteit van de infrastructuur. Ook is meegerekend hoe waarschijnlijk het is dat de consument de nieuwe technologie zal accepteren.
Daaruit blijkt dat Nederland op dit ogenblik de beste kaarten heeft en dat er in de andere landen ook werk wordt gemaakt van regelgeving en dat er (fors) geïnvesteerd wordt in infrastructuur en tests. Tegelijkertijd lezen we ook in het rapport dat er in Nederland veel fietsers rondrijden en dat die de uitrol van autonome auto’s sterk bemoeilijken. Door de bril van de techbedrijven gezien, steken fietsers de vooruitgang dus stokken in de wielen.
Als we het goed lezen, zullen AV’s in steden waar veel gefietst en gewandeld wordt, amper voet aan de grond krijgen. En laat daar nu net het gros van de mensheid wonen binnen een paar decennia. Als we naar België kijken, zien we ook dat veel steden, groot en klein, de komende jaren werk maken van duurzame mobiliteitsplannen waarin fietsers, voetgangers en openbaar vervoer een belangrijke rol spelen. Als kers op de taart tempert ook de CEO van Waymo, het bedrijf dat tot nu toe de meeste testkilometers met AV’s op zijn naam heeft staan, de hooggespannen verwachtingen. Tijdens de Wall Street Journal D.Live-conferentie In november 2018 zei hij:
“It’ll be decades before autonomous cars are widespread on the roads and even then, they won’t be able to drive themselves in certain conditions. Autonomy always will have some constraints.”
Als iemand van dat kaliber toegeeft dat er waarschijnlijk nooit een zelfrijdende auto zal bestaan die in alle omstandigheden, op alle wegen kan rijden zonder dat een mens ooit moet ingrijpen (vaak ook ‘level 5 Autonomous Vehicle’ genoemd) dan lijkt het logisch dat zelfrijdende auto’s in de toekomst maar een (klein) onderdeel worden van de stedelijke mobiliteitsmix. Ook al blijven de investeringen van de industrie aantrekken, de uitdagingen in de ontwikkeling van zelfrijdende technologie vertragen voorlopig een rendabele uitrol. AV’s kunnen mogelijk wel een grotere impact hebben op vrachtvervoer en bussen, maar dan als afzonderlijke transportmodi met een eigen infrastructuur en dus niet gemengd in het gewone verkeer.
“In stedelijke, dichtbevolkte gebieden wordt het heel moeilijk om autonome auto’s
te laten rijden” — Stijn de Groen, Executive for Automotive | KPMG
Interessant is ook dat enkele leden van in het Europees parlement een wetsvoorstel hebben ingediend om intelligente snelheidsbegrenzers (ISA) verplicht te maken op alle nieuwe wagens vanaf 2022. Dat voorstel kan ook als een test voor het brede publiek worden gezien. Als de maatschappij zulke snelheidsbegrenzers niet slikt, dan zijn we ook nog niet klaar voor AV’s, want geen AV zonder snelheid die door het voertuig wordt gecontroleerd. We zijn alvast benieuwd naar de reacties op het voorstel.
In beweging maar niet in actie
Stel dat ‘level 5 AV’s’ toch werkelijkheid zouden worden in de nabije toekomst, dan nog stellen overvloedig rondrijdende, autonome voertuigen ons voor een probleem. Want steeds minder mensen zullen de moeite nemen om zelf te bewegen. Dat staat haaks op de bewegingsdriehoek van Gezond Leven. En dat in tijden dat obesitas aan een niet te stuiten opmars bezig is in de westerse wereld. Niet voor niets staat gemotoriseerd privévervoer, autonoom of niet, elektrisch of anders aangedreven, op de laatste plaats in het STOP-principe. Als we massaal en zonder duurzame visie voor AV’s kiezen, dreigen we een nieuw paard van Troje binnen te halen dat een aanslag pleegt op onze gezondheid en onze publieke ruimte.
Bereikbaarheid mag niet ten koste gaan van een gezonde leefomgeving. Daarom moeten we in de eerste plaats kiezen voor gezonde mobiliteit, en stappen en fietsen stimuleren. Waar nodig worden andere verplaatsingen dan verdeeld over hoogwaardig openbaar vervoer en deeltransport (steps, fiets, auto, AV …). Op dat vlak is er nog een hele wereld te winnen qua integratie en samenwerking van verschillende diensten. MaaS of Mobility as a Service wint terrein met elke maand wel ergens een nieuwe dienst die van start gaat. En ja die vooruitgang wordt ook voortgestuwd door technologie. Maar dan wel technologie die rekening houdt met de noden van de gemiddelde gebruiker.

Wat willen we veranderen?
Bovenop de ethische en maatschappelijke vragen, komen nog de uitdagingen op het vlak van infrastructuur. Kan ons elektriciteitsnet zo’n enorme toename in verbruik wel aan als we op termijn ook nog eens massaal zelfrijdende auto’s aan de stekker leggen? En wat met de ICT-infrastructuur nodig om die massa’s data die heen en weer gaan tussen servers, satellieten en autonome wagens te verwerken? Een snelle transitie naar elektrisch en autonoom rijden vraagt om ingrijpende aanpassingen, zowel qua infrastructuur als in ons gedrag.
Dat brengt ons misschien wel bij de belangrijkste vaststelling. Zijn we niet vooral hard aan het proberen om ons gedrag maar niet te hoeven aanpassen? Onze verslaving aan persoonlijke, ruimtevretende vervoersmiddelen maar niet onder ogen te moeten zien? Vooruitgang is prachtig maar in steden of agglomeraties — zij het dan wel met properdere lucht — waar koning (autonome) auto nog steeds een (te) grote hap uit de openbare ruimte neemt, zijn leefbaarheid en menselijkheid altijd het kind van de rekening. Als we weten dat tegen 2050 bijna 70% van de wereldbevolking in steden of verstedelijkt gebied zal wonen, dan moeten we eerlijk de vraag durven stellen of autonome auto’s wel de zaligmakende oplossing zijn die technologiegoeroes ons willen voorspiegelen.
Naar een oplossing voor mensen
Zal de revolutie van autonoom vervoer ook voor de gehoopte/beloofde solidarisering van mobiliteit zorgen? M.a.w. hebben we iedereen aan boord, ook de mensen in vervoersarmoede die er vandaag letterlijk niet geraken, of blijven AV’s het speeltje van de happy few. Bij Mobiel 21 zien we mobiliteit als een hefboom voor meer: wie zich kan verplaatsen, kan sociale contacten onderhouden, zichzelf ontwikkelen en actief meedoen met de maatschappij.
Als we willen dat de mobiliteit van de toekomst er anders uitziet dan die van het heden, moeten we vooral niet blindelings meegaan in de beloftes van technologische vooruitgang. En née, we zijn zeker niet tegen vooruitgang. Integendeel, maar vooruitgang betekent in de eerste plaats dat we ruimte geven aan transportoplossingen die de mensen ook letterlijk en figuurlijk vooruit helpen. Oplossingen ook die mensen nodig hebben om op hun bestemming te geraken, betaalbaar zijn en liefst nog een positieve invloed hebben op gezondheid en sociale cohesie.
Er is niet één weg naar duurzame mobiliteit, we hebben een slimme combinatie van oplossingen nodig. Dat de autonome auto daar ook zijn plaats in heeft, ligt voor de hand. Maar dus niet altijd en al zeker niet overal.